skip to Main Content

about

Marianne van den Bergh, a painter, installation artist, and puppeteer, currently divides her time between New York and her native Amsterdam. She attended The State Academy of Fine Arts in Amsterdam in the late 1960’s. From the year 2000 on, Marianne studied marionette making and performance in Prague. Her work has graced museums, galleries and stages around the world.

De naoorlogse Bussumse Duitse Vluchtelingen

Na de WOII raakten mijn ouders bevriend met drie, uit Duitsland, gevluchte families, die net als zijzelf ,in Bussum, een nieuw leven moesten gaan opbouwen.
Deze vluchtelingen brachten natuurlijk allereerst zichzelf mee, met daarbij heel duidelijk ook hun culturele erfgoed.
Bij één van deze families hing, boven de divan, een reproductie van een schilderij van een zittend boeren kindje, van de hand van de Duitse schilderes Paula Modersohn-Becker.
Deze reproductie maakte op mij een onvergetelijke indruk.
Tot op de dag van vandaag zit zij op mijn netvlies.

Een bronzen afgietsel van het beeld ‘de zingende man’ gemaakt door de Duitse beeldhouwer Ernst Barlach, sierde het interieur van onze Duitse overburen.De inrichting van deze kamer was geïnspireerd op ‘‘De Bauhaus’” periode.
Een antraciet getint plafond met een leverkleurig behang, daartegen aan, een zwart gelakt strak houten buffet met diep rode deuren, dienen altijd nog als een referentiepunt; van zo kan het ook!

Maandelijks viel het Zwitsers maandblad DU bij ons in de brievenbus.
Dit was een geschenk van één van deze families, op dit prachtig verzorgde tijdschrift. Al deze nummers van DU , koester ik in mijn huidige boekenkast.
Als jonge tiener bladerde ik eindeloos vaak daar doorheen en liet mijn fantasie rollen.
De schitterende zwart-wit foto’s zijn mij nog steeds vertrouwd .
Zelfs de smaakvolle-, inmiddels gedateerde advertenties, doen volledig mee in de spannende herinneringen uit die vormende jaren van adolescentie.

De laatste van de drie, een Duits weduwe, die zich ook in Bussum had teruggetrokken, leerde ik op wat latere leeftijd kennen.Met haar ontstond een vriendschap van één op één.
Zij wijdde mij in bij het werk van vele Duitse filosofen, dichters, geleerden,politici en architecten die haar sociaal geëngageerde- en geëmancipeerde visie, kracht bijzette.
Zo kwamen we ondanks het geschreven woord ook weer terecht op Käthe Kollwitz en Paula Modersohn-Becker.
De cirkel was snel rond..

Deze drie families hadden allen vreselijk veel doorstaan.
In het stille forenzendorp vond men blijkbaar een vorm om tot rust komen,na het onherstelbare verlies, wat zij, ogenschijnlijk, achter zich hadden gelaten.
De aangeleerde nieuwe taal, doorspekt van hun duitse accenten, brengen bij mij voor altijd een weemoed en verlangen met zich mee. Ik hield van hen allen.
Een privilege om met deze bijzondere- en zo veel gelaagde mensen te mogen opgroeien.

Later, in mijn eigen bestaan, openbaart zich dit fenomeen steeds weer opnieuw.
Bij het horen van een Duits accent, in de ‘niet-moedertaal’, spitsen zich onmiddellijk mijn oren.
Een heftige, nostalgische begeerte opent mijn hart.
Zij allen werden directe- of indirecte inspiratiebronnen voor mijn werk.
Nu pas, zie ik duidelijk de rode draad, die door dit alles heen trekt: “The German Refugee”

Januari 2021
Marianne van den Bergh

webdesign: www.hijstek.net

Back To Top